Morgen moeten we weer. Mogen we weer. De jaarlijkse controle bij de cardioloog. De vorige is inmiddels langer dan een jaar geleden. Want tja, corona kwam er tussendoor. En de controle werd uitgesteld. Want dat kon.
Ik weet nog dat ik vorig jaar een blog schreef vlak voor de controle. Dat ik er tegenop zag. Dat het altijd weer de vraag is of de buitenkant die er goed uitziet ook betekent dat de binnenkant nog oké is. Altijd de twijfel of dat zo is. Of we geen gekke dingen gaan tegenkomen. Toch een lichte spanning. Angst. Onzekerheid.
En nu? Nu verbaas ik mezelf. Want ik maak me er niet druk over. Sterker nog, ik moet mezelf er steeds aan herinneren dat we de controle hebben. Ik zou oudste zoon zo uit automatisme bij school afzetten en gaan werken. En dan gebeld worden door het WKZ dat we de afspraak gemist hebben.
Het maakt me nieuwsgierig. Waarom maak ik me niet druk? Ik, de stresskip pur sang. Wat is het verschil met andere jaren?
Het verschil met eerdere jaren weet ik niet zo snel. Het verschil met vorig jaar wel. Want toen maakte ik me weken vóór de controle al druk over die binnenkant. Was oudste zoon ziek geweest. Klaagde hij al een tijdje over vermoeide benen. Was hij soms wat slapjes. Soms niet helemaal in orde. En stond ik al enorm “aan”.
Maar nu? Nu merken we eigenlijk niets. Hij is niet ziek. Niet slapjes. Ik merk geen gekke dingen. Ik heb het veel drukker met me druk maken om andere dingen. Druk met de start van het nieuwe schooljaar. Druk met het combineren van mijn baan in loondienst en mijn praktijk. Druk in mijn hoofd met hoe we groep 8 aan gaan vliegen voor oudste zoon en hoe we de overstap naar de middelbare school zo soepel mogelijk gaan maken. Druk met kennismakingsgesprekken op school voor middelste en jongste zoon. Druk met de gezinsbehandelingen die we doen. Druk met de traumatherapie van oudste zoon. Ik heb geen aanwijsbare reden om me druk te maken om de cardiale situatie van oudste zoon en heb genoeg “normale” gezinsdingen om me druk over te maken. Dus de spanning voor de controle is er gewoon niet.
Ik verwacht dus geen gekke dingen. En dàt is dan misschien toch weer wel eng. Want ik ben gewend om het onverwachte te verwachten. Dus om me stiekem toch druk te maken, ook al is er geen aanwijzing voor. Een beetje met het idee dat ik het noodlot tart als ik me NIET druk maak. En al helemaal als ik dan ook nog de wereld inslinger dat ik me niet druk maak.
Misschien speelt het mee dat we voor de vakantie al een inspanningstest en het bloedprikken hebben gedaan. En dat daar niks raars uit kwam. Misschien scheelt het dat de vorige HC 5 jaar geleden is en dat we destijds meekregen dat de stent naar verwachting 4 tot 5 jaar mee zou gaan voordat hij weer opgerekt moest worden. Het zou dus geen echte verrassing zijn als we het bericht zouden krijgen dat op relatief korte termijn weer een HC moet plaatsvinden. En eigenlijk heb ik ook liever dat hij dat nog in groep 8 kan ondergaan, dan dat dat in de brugklas moet.
“Ben jij in je hoofd bezig met de controle in het ziekenhuis?”, vroeg ik voor het weekend aan oudste zoon.
Verbaasd keek hij me aan: “O ja, dat was ik vergeten! Hoef ik dan de hele dag niet naar school?” Nadat ik dat bevestigd had, ging hij met een tevreden gezicht in bed liggen.
Wij gaan eigenlijk heel neutraal de rit naar het WKZ maken morgen. En komt er iets geks naar boven, dan denken we aan papa’s motto “Zullen we ons daar druk om maken als het zover is?”